Decubitus / Voorkomen is beter dan genezen

Het voorkomen van decubitus (doorligplekken) is een belangrijk focuspunt van ons ziekenhuis en draagt bij aan ons streven naar een gezonde patiënt. Decubitus is een plaatselijke beschadiging van de huid of het weefsel onder de huid en ontstaat vaak als een patiënt te lang in dezelfde houding ligt of zit. Wilma, wondconsulent, en Anja, oncologie verpleegkundige en voorzitter van de kwaliteitsgroep voeding en beweging, zetten zich dagelijks in om decubitus te voorkomen en te behandelen.


Verschillende vormen van decubitus

Decubitus komt vooral voor bij patiënten met een verstoorde mobiliteit, een slechte voedingstoestand en een slechte conditie. Ook kan de anatomische structuur van invloed zijn, magere patiënten hebben bijvoorbeeld meer kans op doorligplekken. Er zijn zes verschillende categorieën van decubitus te onderscheiden: van een rode verkleuring van de huid die niet wegdrukbaar is, tot een diepe wond waarbij de onderliggende botten of spieren zijn aangetast. “Wondconsulenten worden bij het zorgproces betrokken als een patiënt categorie 3 of hoger heeft. Wij kijken mee met de verpleegkundige en inventariseren welke preventieve maatregelen geoptimaliseerd kunnen worden”, aldus Wilma. Doorligplekken van categorie 1 of 2 kunnen verpleegkundigen zelf behandelen, in protocollen staat stap voor stap beschreven welke zorg verleend moet worden. Vanaf categorie 3 wordt het verzorgen van decubitus complexer.

Zorg verbeteren aan de hand van prevalentiemetingen
Anja: “ Vier keer per jaar vindt er een prevalentiemeting plaats op alle afdelingen binnen het ziekenhuis. Elke patiënt wordt dan volledig gecheckt op decubitus. Van de opgenomen patiënten mag maximaal 3% decubitus in categorie 2 of hoger hebben, gebaseerd op de norm van de Landelijke Prevalentiemeting Zorgkwaliteit (LPZ). Er wordt in kaart gebracht hoe vaak decubitus binnen het ziekenhuis is ontstaan.” Door deze kwartaalmetingen kunnen we bepalen of de kwaliteit van zorg rondom decubitus moet verbeteren zodat zo min mogelijk patiënten decubitus ontwikkelen en het percentage zo laag mogelijk blijft. De kwaliteitsgroep voeding en beweging gaat vervolgens met de resultaten aan de slag en stelt een verbeterplan op. Hierbij werken zij samen met wondconsulenten, fysiotherapeuten, diëtisten en een vertegenwoordiger van elke verpleegafdeling. Deze samenwerking tussen verschillende disciplines is noodzakelijk om met elkaar tot betere zorg te komen en zo decubitus te verminderen of voorkomen.

Door de patiënt handvatten te bieden, krijgen ze zelf meer grip op hun herstel.

Voorkomen is beter dan genezen
Door het vroegtijdig inzetten van preventieve maatregelen kunnen we het aantal patiënten met decubitus volgens beide verpleegkundigen flink laten dalen. Wilma: “ Vanaf het moment dat de patiënt binnenkomt, is het noodzakelijk om goede risico-inventarisaties uit te voeren en gelijk te starten met het inzetten van preventieve maatregelen bij een verhoogd risico op decubitus. Daarnaast is het belangrijk om ook de patiënten zelf hierbij te betrekken door hen goed te informeren over het risico op decubitus en wat ze zelf bij kunnen dragen in het voorkomen hiervan.” Anja: “Patiënten zijn zich er vaak niet bewust van dat ze ook zelf invloed hebben op het voorkomen van doorligplekken. Door de patiënt handvatten te bieden, krijgen ze zelf meer grip op hun herstel. We adviseren bijvoorbeeld om –indien mogelijk- aan tafel te eten, kleding aan te houden zodat je sneller uit bed komt en regelmatig te veranderen van houding.” Door in bed uit te zieken, verlies je veel spierkracht. Voor en na de operatie in beweging blijven is nodig om de kans op doorligplekken te verlagen. Daarnaast zijn het eten van eiwitrijke producten een belangrijk onderdeel van een goede wondgenezing.

Gezondere patiënt
Vanuit de kwaliteitsgroep worden er regelmatig scholingen en klinische lessen georganiseerd zodat verpleegkundigen op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen rondom het voorkomen van decubitus. Anja: “Vaak ontstaat decubitus pas in het ziekenhuis. Door het inzetten van de juiste preventieve maatregelen zorgen we voor een betere kwaliteit van zorg en een gezondere patiënt, waardoor we onder de grens van 3% komen en medewerkers meer tijd over hebben voor andere zorg dan wondgenezing.”

Wilma en Anja bij het beweegbord voor patiënten

Video
Delen

Uw naam

E-mail

Naam ontvanger

E-mail adres ontvanger

Uw bericht

Verstuur

Share

E-mail

Facebook

Twitter

Google+

LinkedIn

Contact

Verstuur